Zondag 1 september 2019: Groningen - Hohnstein Een van de grote voordelen van bestemmingen in de voormalige DDR is het feit, dat je ze vanuit Nederland gemakkelijk binnen een dag kunt bereiken. De Sächsische Schweiz, een streek in de deelstaat Saksen ten oosten van de stad Dresden en tegen de Tsjechische grens aan , ligt op ongeveer 6 uur rijden van Groningen. Toch staan we al op tijd op, want we willen liefst ergens halverwege de middag op onze bestemming zijn. We moeten immers nog de tent opzetten en inrichten. Tegen een uur of 8 hebben we voor al onze campingspullen een plekje gevonden in de auto en zijn we klaar voor vertrek. Naast de tent, tassen met kleding, matjes en slaapzakken moet deze keer ook de hele campingkeuken en de expres voor deze reis gekochte partygril mee, want deze keer gaan mijn ouders niet mee en kunnen we dus geen gebruik maken van hun keukenspullen.
Het eerste gedeelte van de reis verloopt voorspoedig. Via Osnabrück rijden we richting Hannover, waar we bij een wegrestaurant gaan lunchen. Daarna rijden we verder richting het zuidoosten en passeren we tussen Braunschweig en Magdeburg de voormalige grens tussen Oost- en West-Duitsland. Tot op de dag van vandaag staan hier nog een paar uitkijktorens, waar vandaan de Oost-Duitse grenspolitie de zogenaamde “Todesstreifen” kon overzien. Ik vind het nog altijd heel vreemd, dat een staat zijn burgers met muren, hekken en gewapende grenswachters moest opsluiten om te voorkomen, dat ze het land waar ze zijn opgegroeid ontvluchten. Vanuit Magdeburg rijden we door een glooiend heuvellandschap langs Halle naar het zuiden en passeren we kort voor de stad Leipzig de grens van de “Freistaat Sachsen”. Op het nieuws zijn er maar twee onderwerpen vandaag: De verkiezingen voor het parlement van de deelstaten die vandaag worden gehouden en het noodweer dat er voor vanavond in sommige delen van Saksen is voorspeld. Beide zouden weleens aardverschuivingen tot gevolg kunnen hebben. Bij de verkiezingen wordt gevreesd voor een overwinning van de ultrarechtse AFD. De voorspelde storm daarentegen zou weleens heel veel regen, hevige windstoten en zelfs hagel met zich mee kunnen brengen. Slecht nieuws dus voor onze kampeerplannen. Voorlopig schijnt echter nog steeds een zwak zonnetje. Pas als we de stad Dresden gepasseerd zijn doemt in het oosten een donkere wolkenmuur op. Gelukkig blijft het echter op een paar druppen na droog. Bij het stadje Pirna verlaten we de snelweg, steken de Elbe-Rivier over en rijden via een bochtige weg via hoge heuvelruggen en diepe dalen naar het op de top van een rots gelegen plaatsje Hohnstein. Op deze weg maken we voor het eerst kennis met de zogenaamde “Rüttelstreifen”, dwars over het wegdek gelegde strepen, die overmoedige bestuurders moeten afremmen door de hele auto door elkaar te schudden, als je er met een te hoge snelheid overheen rijdt. Hohnstein blijkt een mooi middeleeuws stadje te zijn, gebouwd op de steile hellingen van een heuvel met op de top een indrukwekkend kasteel. Een verdere verkenning van deze plaats moet echter nog even wachten, want wij willen eerst naar onze camping, die ongeveer 1,5 km buiten het stadje op een plateau ligt. De straten zijn hier nat en overal liggen takken en bladeren op de weg. Inmiddels regent het echter niet meer en het ergste noodweer schijnt al weer voorbij te zijn. Toch vertrouwen we het niet helemaal. Gelukkig beschikt Camping Entenfarm ook over een paar trekkershutten en bij navraag blijkt er nog eentje vrij, die we voor de komende twee nachten kunnen huren. Ons onderkomen bestaat uit een slaapgedeelte met 3 stapelbedden en plaats voor 6 personen en een woongedeelte met een eettafel, stoelen, een koelkast en wat stellingen om spullen op te bergen. Een keuken is er niet, maar we beschikken wel over een overdekt terras met een picknicktafel, waar we onze eigen campingkeuken kunnen opzetten. Ook is er in het sanitairgebouw een campingkeuken, waar we gebruik van kunnen maken. De douches en de wc’s zijn eveneens in het gemeenschappelijke sanitairgebouw. Vreemd genoeg ben je een pasje nodig om dit gebouw binnen te komen. Helaas krijgen we daar maar één van, wat inhoudt dat we of samen naar de wc moeten of de kaart aan elkaar door moeten geven. Niet erg handig, zoals later deze vakantie nog zal blijken. De camping beschikt ook over wifi, maar alleen in de buurt van de receptie. Hier kun je bovendien broodjes voor het ontbijt bestellen, drankjes en ijsjes kopen, bepaalde excursies reserveren en - niet helemaal onbelangrijk in deze tijd – je elektrische apparaten laten opladen. Voorlopig zijn we dat laatste natuurlijk niet nodig, want in ons huisje is er gewoon een stopcontact. Als we straks verhuizen naar onze tent, is dit echter wel belangrijk, want daar hebben we immers geen stroomaansluiting. De meeste tentkampeerders op deze camping blijken trouwens wandelaars te zijn, die op de Malerweg onderweg zijn, een wandelroute van totaal 112 km door de hele regio. Die hebben over het algemeen alleen de meest noodzakelijke spullen bij zich en zijn blij, als ze bij de receptie hun mobieltjes weer kunnen opladen. Zelf brachten we in plaats van onze telefoons trouwens liever een powerbank naar de receptie. Op die manier konden we onze mobieltjes altijd bij ons houden en deze ’s nachts met behulp van de powerbank weer opladen. Nadat we al onze benodigdheden voor de komende twee nachten in ons huisje hebben gebracht, is het tijd voor koffie en daarna voor een kleine rondgang over de camping. Zo te zien hebben we geen slechte keuze gemaakt. Het terrein ligt aan een rustig weggetje buiten Hohnstein, mooi gelegen tussen akkers en weiden. Het is vrij kleinschalig en heeft maar een handje vol plekken, die het hele jaar door verhuurd zijn. Nu in september is het al redelijk rustig met alleen in het weekend wat grotere drukte. We bekijken alvast de grote tentweide, waar we dinsdag ons tentje gaan opzetten. Er zijn hier geen vaste percelen. Je kunt de tent dus opzetten waar je wilt. We sluiten de avond af met een maaltijd bereid onder het afdakje van onze overdekte terras. Ondanks dat het inmiddels regent, kunnen we hier lekker droog zitten. Pas als het begint te schemeren en de muggen ons lastigvallen, verhuizen we naar binnen. Daar genieten we nog van een warm drankje, schrijf ik dagboek en bestudeert Klaas de reisgids. Dan wordt het tijd om naar bed te gaan.
0 Reacties
|